Kleine bevernel - Pimpinella saxifraga
Kleine bevernel is een elegante, inheemse schermbloem met witte bloeiwijzen en fijn geveerd blad. Ze groeit van nature in schrale graslanden, bermen en lichte hooilanden. De plant trekt allerlei nuttige insecten aan, waaronder wilde bijen, zweefvliegen en sluipwespen. Dankzij haar bescheiden groei en bloei in de nazomer is ze bijzonder geschikt voor bloemenweides die ook in het late seizoen nog volop bloeien.
Voor welke doeleinden kan ik kleine bevernel gebruiken?
Kleine bevernel is ideaal voor bloemenweides, akkerranden, schrale gazons, dijken en natuurvriendelijke borders. Ze voelt zich thuis op zonnige, open plekken met droge tot matig vochtige, voedselarme grond. De plant komt goed tot haar recht in extensief beheerde percelen die één tot twee keer per jaar gemaaid worden, met de eerste maaibeurt pas na de zaadval in september. Kleine bevernel combineert prachtig met wilde bloemen als knoopkruid, duizendblad of beemdkroon.
Wat zijn de kenmerken van kleine bevernel?
- Inheemse soort, komt van nature voor in Nederland
- Groeihoogte: 30-60 centimeter
- Witte schermbloemen met fijn geveerd blad
- Een van de meest insectvriendelijke schermbloemen voor schrale gronden
- Rijk aan nectar en stuifmeel: geliefd bij bijen, zweefvliegen en sluipwespen
- Bloeit van juli tot en met september
- Korte vaste plant (2-4 jaar), zaait zich vlot uit en houdt zo stand
- Groeit goed op kalkrijke, schrale of neutrale bodems in volle zon
- Goed bestand tegen droogte
Hoe zaai ik kleine bevernel?
Zaai ongeveer 1 gram per vierkante meter (±900 zaden). Kies een zonnige, open plek met schrale, goed doorlatende grond. Druk de zaden licht aan en bedek ze met ± 0,5 cm losse aarde om uitdroging te voorkomen.
De beste zaaitijd is het najaar (augustus tot oktober). De zaden doorlopen dan een natuurlijke koudeperiode, wat de kieming in het voorjaar bevordert. De kiemduur is vrij traag: reken op 4-6 weken bij gunstige omstandigheden, maar sommige zaden wachten een jaar en kiemen pas na de tweede winter. Voorjaarszaai (maart tot mei) is ook mogelijk, maar geeft vaak een minder gelijkmatige opkomst.
Hoe onderhoud ik kleine bevernel?
Kleine bevernel is een kortlevende vaste plant die zich het beste ontwikkelt op zonnige, schrale bodems met weinig concurrentie. Ze stelt weinig eisen, maar vraagt wel om licht, ruimte en een open structuur. Bemesting is niet nodig: juist voedselarme omstandigheden bevorderen de groei en voorkomen dat dominante soorten de overhand nemen.
Maaien kan één tot twee keer per jaar. De eerste maaibeurt vindt eind juli plaats, zodra het meeste zaad is gevormd. Houd er rekening mee dat de bloei lang aanhoudt en zaadzetting gespreid plaatsvindt. Een tweede maaibeurt in september of oktober is alleen nodig bij dichtgroei of vergrassing. Verwijder altijd het maaisel om de bodem te verschralen en jonge planten voldoende licht te geven.
De plant verspreidt zich via fijn zaad dat langzaam kiemt. Zaailingen verschijnen vaak pas het volgende voorjaar. Voor een succesvolle vestiging zijn open plekken in de vegetatie cruciaal, vooral bij nieuwe inzaai.
Inheemse plant
Witte schermbloemen
Rijk aan nectar en stuifmeel
Langdurige bloei
Korte vaste plant
- Inhoud1 gram | 10 gram | 100 gram
- Kleur Wit
- Wetenschappelijke benamingPimpinella saxifraga
- ZaaiperiodeMaart – Mei / Augustus – Oktober
- BloeiperiodeJuli t/m september
- Groeihoogte 30-60 cm
- StandplaatsVolle zon
- LevensduurVaste plant
- Inheems/UitheemsInheems
- Artikel code80-0237